Erwin Mortier (1965) debuteerde in 1999 met de roman Marcel. In 2000 verscheen zijn tweede roman, Mijn tweede huid. In 2002 volgde de derde roman Sluitertijd en de essaybundel Pleidooi voor de zonde.
Voor de dichtbundel Vergeten licht (2001) ontving Erwin Mortierde C. Buddingh’-prijs.
In het juryrapport werd Mortier geloofd om de ambachtelijke voldragenheid van de bundel. 'De ogenschijnlijk gewone, maar bij nader toezien zeer ingedikte en precieze taal van deze gedichten moet langzaam tot stand gekomen zijn: Mortier kauwt op zijn woorden en proeft ze. Groot is zijn aandacht voor klankwaarde en ritme'.
Sedert 2005 is Erwin Mortier stadsdichter van Gent.
In dat jaar verscheen ook nog Uit één vinger valt men niet, gedichten bij foto's van Lieve Blancquaert.
Voor de Stad en de Wereld met negen gedichten van Erwin Mortier en vier etsen van Jan Decleir verscheen op 2 juni 2006 als gezamenlijke uitgave van Ergo Pers en De Slegte Antwerpen.
Voor de Stad en de Wereld verscheen in een beperkte oplage van 54 exemplaren genummerd van 1 tot 54. Bij elk exemplaar hoort een suite met één origineel handgeschreven gedicht van Erwin Mortier en vier door Jan Decleir getekende en genummerde etsen.
De tekst werd gezet uit Simoncini Garamond corps 12 en op Hahnemühle 150 g. gedrukt door Rein Ergo. De etsen werden gedrukt door Henrie Hemelsoet. Alle exemplaren werden in het colofon gesigneerd door de auteur en de kunstenaar. Prijs 400 €.
E T S E N
Het vers ‘Mit Brennender Sorge’ werd geschreven als stadsgedicht voor de stad Antwerpen. Het vers ‘Algemene Mobilisatie’ werd geschreven voor de Dag van de Extreme Armoede, op 17 oktober 2005. Andere gedichten zijn Bericht aan de bevolking, Wijziging van uitzenduur, De rechtvaardige rechters, Humani Corporis, Vrede zij met U en Een brief voor Jan.
|